24 oktober Antonio Maria Claret

Antonio stichtte in 1849 de missiecongregatie van de Zonen van het Onbevlekt Hart van Maria (claretijnen), zes jaar later gevolgd door de claretinessen. Hij was zeven jaar aartsbisschop van Santiago de Cuba; Als aartsbisschop wilde Antonius noch als kerkvorst, noch als religieuze autoriteit behandeld worden. Immers: wie heer wil zijn moet de geringste van allen wezen. De geringsten op Cuba waren de negerslaven. Onvermoeibaar ijverde hij voor hun vrijlating. Grootgrondbezitters zagen hem daarom als staatsgevaarlijk. Herhaaldelijk kwam hij achter de tralies terecht. Bij wantoestanden wordt immers graag naar een zondebok gezocht… Uiteindelijk werd hij  het land uitgewezen. Terug in Spanje werd hij biechtvader van koningin Isabella. Ook daar achtervolgde hem de laster. Hij stierf als banneling in Frankrijk.