De eerste kerststal 24 december

Het gebeurde in het dorpje Greccio in de Italiaanse landstreek Umbrië. De mensen leefden er eenvoudig en arm. Franciscus kwam er graag en was er bevriend met een zekere Johannes. ‘Als je wilt dat ik met mijn broeders dit jaar bij jullie het kerstfeest kom vieren, doe dan wat ik je vraag. Je weet dat het goddelijk kind in een armoedige stal is geboren. Ik wil die herinnering samen met jullie terugroepen, zodat iedereen het begrijpt. Dat we met eigen ogen mogen zien hoe het kind daar lag, in een kribbe op stro, tussen een os en een ezel.’

Johannes begreep wat Franciscus bedoelde en trof alle voorbereidingen voor het kerstfeest. Vlak bij de kluizenarij timmerde hij een kribbe, leende van zijn buurman een os en bond zijn eigen ezel aan een paal bij de voerbak. In de kerstnacht legde zijn eigen dochter haar kindje in de kribbe, terwijl zij er zelf naast knielde. De tuinman werd de heilige Jozef. Van alle kanten stroomden de mensen toe met brandende kaarsen en fakkels. De kluizenarij met de kerstkribbe straalde in en zee van licht. Zelf las Franciscus het kerstevangelie voor en sprak ontroerd over de geboorte van het kind. In de verte klonk zacht het geblaat van schapen. Na de woorden van de heilige Franciscus zongen allen hun vertrouwde kerstliederen en wensten ze elkaar geluk en vrede. Iedereen was opgetogen over dit heilige spel.

Sindsdien vindt het voorbeeld van deze eenvoudige dorpelingen navolging over heel de wereld. Of mensen nu zelf in paleizen wonen of in de rijkste huizen, met kerstmis scharen ze zich allen rond een armzalige stal, in het besef dat juist daar hun niets in de weg staat om de ware vrede te vinden.

Aart van der Leeuw