Het kerkje van San Damiano reden we voorbij, vanmorgen. Dat was raar, vond ik. Maar goed, ik kon niet zomaar uit de bus stappen, dus gingen we met ons allen naar de Santa Chiara, de kerk van Sint Clara. In die kerk hing het kruis van San Damiano, u weet wel, het kruis waarvan de corpus, Jezus zelf, tot Franciscus sprak: ‘Herstel mijn kerk!’ In de crypte liggen wat relikwieën van Clara en Franciscus. Clara heeft Franciscus ruimschoots overleefd, maar bleef haar leven lang een trouw bewonderaar en navolgster. Bij de Chiesa Nuova staat een beeld van de ouders van Franciscus; zijn vader die hem geketend had, omdat hij vond dat Franciscus hem moest opvolgen in de lakenhandel, en de moeder van Franciscus die hem van die ketenen bevrijdde. Zij houdt de
verbroken boeien in haar hand. De Chiesa Nova is gebouwd op de plek waar (naar men zegt) het geboortehuis van Franciscus heeft gestaan. In de kerk liggen de resten van vier van de eerste volgelingen van Franciscus en is plek ingeruimd voor een verbeelding van het hol waarin hij geketend was. Franciscus gaf wat hij had, in weerwil van zijn vader.
Het viel mij op dat in verschillende fresco’s was te zien dat Franciscaanse broeders werden vermoord door vijandige soldaten. Waarschijnlijk taferelen die inhaken op de kruistochten die in die tijd werden gehouden. Martelaren dus.. Boeiend, vind ik, omdat de Martelaren van Gorcum, Franciscanen, ook werden vermoord om hun geloofsovertuiging. Zij zijn belangrijke heiligen in ons bisdom. De pastoors van Loosduinen hadden een bijzondere devotie voor hen. Zij gaven wat zij hadden: hun eigen leven.
Kort na de dood van Franciscus werd begonnen met de bouw van een grote kerk, een crypte met zijn stoffelijke resten en twee kerken erboven. In de bovenkerk zijn fresco’s te zien met verbeelding van belangrijke gebeurtenissen uit het leven van Franciscus. Bij een aardbeving in 1997 werden veel van de fresco’s vernield, maar ze konden voor het grootste deel hersteld worden.
Wij ontmoetten in Assisi twee zusters van de SSPS, (gelieerd aan de SVD) die wat goederen in ontvangst namen, die wij vanuit Den Haag hadden meegenomen. In een van de kapellen bij de basiliek hielden wij onze viering. Wij hoorden over de rijke jongeling, die teleurgesteld vertrok na de aanbeveling van de Heer, want hij bezat vele goederen.
De Franciscanen liepen veel, dat schreef ik al. Vandaag liepen wij met een groepje van Assisi terug naar het hotel. Mooie steentjes met allemaal namen erop. Het bleek de ‘Camino van Assisi naar Rome’ te zijn. Wij liepen maar een klein stukje, toch voel je dan aan je voeten en je lijf wat het betekent om te voet te gaan in de zon. Het was maar een paar kilometer, maar net voldoende als ervaring. Tijd genoeg om eens te denken over het Evangelie en de vraag van vandaag: ‘Hoe vrijgevig ben ik eigenlijk?’.
Dit was de vierde dag.