Na al die files van gisteren zouden we vandaag een beetje rustiger aan doen. In ieder geval wat minder kilometers maken. Maar we waren toch al weer vroeg op pad. We reisden met de bus naar Cortona, waar we vervolgens hoog de berg op moesten, om bij de Santa Margarite te komen. Dat pad schijnt tevens dienst te doen als kruisweg, het was een hele klim. In die kerk koesteren ze de habijt van Franciscus en wat andere relieken. Daaronder een splinter van het H. Kruis. Voor de mensen uit Loosduinen: dat was waarom het kerkje op Eik en Duinen grote faam genoot en een beroemde bedevaartplaats was (vóór de reformatie). We slenterden wat terug, maar het was heet en droog en dat eiste zijn tol.
Gelukkig was het leed geleden toen wij een tijdje later aan het meer tot rust kwamen. Zó konden wij de reis naar Perugia goed aan. In de San Lorenzo kathedraal hoorden wij weer over Laurentius, hoe hij de keizer te slim af was en hem de armen van Rome als de rijkdommen van de kerk voorstelde. Laurentius, de patroon van ons bisdom. Dat past heel goed in onze reis waarin wij dichter bij Franciscus willen komen. Hij had immers grote zorg voor de armen om hem heen en deelde uit wat hij had.
Toen een van de thuisblijvers moest worden opgenomen in een ziekenhuis werd de aandacht verlegd. Juist die mens vroeg zich af wie er nu in haar plaats voor de katten zou zorgen, maar gelukkig was daar iemand voor gevonden. En dat is toch mooi, als je op zoek bent naar Franciscus en op deze manier herinnerd wordt aan zijn liefde voor alle schepselen.
Dat was de derde dag.