Gisteren waren wij op de plek waar de Franciscanen zich voor het eerst in Duitsland vestigden. Vandaag waren wij vooral op reis en dat hebben we geweten. De Franciscanen reisden te voet en hadden flink wat tijd nodig om van Italië naar Duitsland te komen, te voet! Wij deden dat andersom, maar met de bus. Toch viel het niet mee, want we stonden heel lang in de file. Daardoor moesten we het programma ietsje aanpassen. Wij begonnen vanmorgen met de heilige van de dag, Padre Pio, een pater capucijn, die een zuivere navolger van Franciscus was.
We hadden gelukkig wel tijd om de dom in Innsbruck te bezoeken. Daar troffen we een beeld van Franciscus aan in een erg barokke kerk. De Jacobs dom, sint Joris als ridder, Sint Jozef als de bruidegom van Maria.
Al die filetijd gaf wel wat extra tijd voor reflectie. Zo tussen de bergen door, een prachtige natuur. Je begrijpt dan beter wat Franciscus tot zijn liefde voor alles wat groeit heeft gebracht. Van heel rijk naar heel arm, van stad naar Gods schepping.
Onderwijl hoorden wij over het leven van Clara, die een nauwe band had met Franciscus en die (ook) probeerde om zijn idealen zo zuiver mogelijk na te leven. Best wel ingewikkeld, want voor vrouwen in kloosters golden strenge regels.
Hier en daar, op de top van een eenzame berg een kasteel, een kerk of een klooster, heel eenzaam. Je moest er wel wat voor over hebben gehad om het daar te bouwen, maar vooral: om het te bezoeken en zo rust te scheppen voor bezinning.
Dit was de tweede dag.